In de collectietoren van Naturalis laat Noortje Looijenga een andere bijzondere vlindersoort, 'Birdwing', zien.
In de collectietoren van Naturalis laat Noortje Looijenga een andere bijzondere vlindersoort, 'Birdwing', zien. Naturalis/Stichting EIS

Studente Aeres Ede ontdekt nieuwe vlindersoort tijdens stage

23 juni 2021 om 17:45 Onderwijs

EDE Het zal je maar gebeuren dat je tijdens je afstudeerstage bij Naturalis een nieuwe vlindersoort op het spoor komt. Noortje Looijenga van Aeres MBO Ede overkwam het. Met een Engelstalige publicatie in het tijdschrift Sugapa maakte ze haar wetenschappelijke bevinding onlangs wereldkundig. Looijenga is er nog steeds een beetje beduusd van. ,,Deze stage was echt mijn droom.”

Twee jaar geleden nam de studente toegepaste biologie voor het eerst contact op met Naturalis. Het natuurhistorisch museum in Leiden heeft een vlindercollectie van maar liefst vier miljoen exemplaren. Via de collectiebeheerder hoopte ze daar vrijwilligerswerk te kunnen doen. Door haar drukke studie kwam het er uiteindelijk niet van. 

LANGGEKOESTERDE WENS Vorig jaar benaderde Looijenga Naturalis opnieuw. Ditmaal voor een stage. Maar ook dat liep anders omdat het museum vanwege een verbouwing gesloten was. Gelukkig kon ze haar stage wel doen bij Stichting EIS. Dit kenniscentrum voor insecten en andere ongewervelden is gevestigd in het gebouw van Naturalis. Afgelopen februari ging haar langgekoesterde wens eindelijk in vervulling. Voordat ze bij Naturalis begon, vroeg Looijenga haar begeleider of hij haar alle aspecten van een museale collectiebeheerder wilde laten zien.

Haar afstudeerstage draaide om een kleine, beige gekleurde nachtvlinder met een spanwijdte van nog geen twee centimeter. Deze vlinder, de Cyme reticulata, is te vinden in Nieuw-Guinea, waar de collectiebeheerder van Naturalis twee keer per jaar naartoe gaat voor onderzoek. ,,In dit gebied komt deze vlinder veel voor, met steeds variaties in het uiterlijk. De collectiebeheerder was benieuwd of deze variaties duiden op een nieuwe soort”, zegt Looijenga.

(Tekst gaat verder onder de afbeelding.)


De nieuwe soort: Cyme laeta - Naturalis

VARIATIES Voor haar onderzoek onderzocht ze acht vlinders van de variaties en in totaal zo’n 25 vlinders van het genus Cyme. Hoe ging ze te werk? ,,Onderzoek bij vlinders is ingewikkeld. Je ziet namelijk vaak variaties in het uiterlijk. Dat komt bijvoorbeeld door het leefgebied van de insecten. Vlinders die bij de kust leven, kunnen anders gekleurd zijn dan soortgenoten die in het gebergte leven. Ook heeft de hoeveelheid voedsel soms invloed op het aantal stippen op de vleugels.” 

Om erachter te komen of je met een nieuwe soort te maken hebt, is volgens de studente microscopisch onderzoek nodig naar de genitaliën. Bij het vrouwtje ontdekte Looijenga een opmerkelijk verschil. Ze denkt even na hoe ze dit in eenvoudige bewoordingen kan uitleggen. ,,Ik heb allemaal termen in mijn hoofd die veel mensen waarschijnlijk niet zullen begrijpen. Het gaat er eigenlijk om dat de vorm van de baarmoeder afweek. Bij de mannetjes ontdekte ik een afwijking in het bekken. Deze kleine verschillen toonden aan dat het inderdaad om een nieuw soort ging.”

Laeta is Latijn voor blij, verrast, kleurrijk en contrastrijk. Dit slaat uiteraard op mijn blijdschap bij het vinden van deze nieuwe soort.

BLIJDSCHAP Om zeker te zijn van haar bevindingen, nam ze contact op met de Russische Anton Volynkin, die gespecialiseerd is in Cyme-vlinders. Hij bevestigde Looijenga’s conclusie dat ze een nieuwe soort op het spoor was gekomen. De studente bedacht een passende naam voor de soort: Cyme laeta. ,,Laeta is Latijn voor blij, verrast, kleurrijk en contrastrijk. Dit slaat uiteraard op mijn blijdschap bij het vinden van deze nieuwe soort. Ook is de Cyme laeta iets sterker gekleurd dan de zustersoort Cyme reticulata.”

Sugapa publiceerde de bevindingen van de Nederlandse studente. Dit tijdschrift is gewijd aan de entomologie van Papoea, het westelijke deel van Nieuw-Guinea, inclusief de omliggende eilanden. Het is de eerste officiële publicatie van de studente. Iedereen die nu zoekt op Cyme laeta stuit op de naam Noortje Looijenga. 

SOORTENREGISTER Naast de ontdekking van de Cyme laeta en de publicatie in Sugapa, is Looijenga eigenlijk nog het meest trots op het soortenregister dat zij samen met de collectiebeheerder van Naturalis maakte. ,,Er is nog niet veel onderzoek gedaan naar de Cyme-vlindersoorten. Rond 1920 zijn ze veel beschreven, maar dat gebeurde toen nog zonder microscopisch onderzoek. Sommige soorten zijn daardoor geen echte soorten. Dankzij het soortenregister zijn de verschillende soorten voor de wetenschap nu een stuk overzichtelijker geworden.”

ONTPOPT Bij Aeres MBO Ede is Marlies Beukenkamp Looijenga’s mentor en stagebegeleider. Gaandeweg de opleiding zag ze de stille en wat onzekere Looijenga ontpoppen als excellente studente. ,,Noortje weet wat ze wil en laat zich door niets en niemand in de weg staan.” Volgens Beukenkamp gebeurt het niet vaak dat een mbo’er een wetenschappelijke publicatie in het Engels schrijft. ,,Dit resultaat heeft Noortje volledig te danken aan haar eigen daadkracht en doorzettingsvermogen. Zij regelde alles zelf. Ik heb veel van haar geleerd en kijk vol trots naar waar ze nu staat.”

Na de zomer vervolgt Looijenga haar studie toegepaste biologie bij Aeres Hogeschool Almere, waar ze zich wil specialiseren in ecologie. In de toekomst zou ze dolgraag als collectiebeheerder bij Naturalis of een ander instituut voor ecologisch onderzoek willen werken. ,,Dit werk wil ik later echt gaan doen. Insecten zijn mijn lust en mijn leven.”

Mail de redactie
Meld een correctie

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie