De biomassacentrale nabij de Kenniscampus Ede aan de Geerweg, tussen Zandlaan en Reehorsterweg.
De biomassacentrale nabij de Kenniscampus Ede aan de Geerweg, tussen Zandlaan en Reehorsterweg. Fleur Bubbert
Bureau Spotlight

'Weinig aandacht milieu bij beslismomenten biomassacentrales'

9 juni 2020 om 16:00 Natuur en milieu

EDE Een overzicht van beslismomenten rond de plaatsing van biomassacentrales in Ede, door het college van burgemeester en wethouders opgesteld op verzoek van de CDA-fractie, bevat een aantal opvallende zaken. Zo lijken de milieueffecten van de centrales voor de gemeente pas een rol te zijn gaan spelen na plaatsing. Bureau Spotlight dook in de memo met beslismomenten en maakte een overzicht.

Mirjam Wolff/Bureau Spotlight

Het document met beslismomenten rondom de biomassacentrales in Ede telt vijf pagina’s. Van het haalbaarheidsonderzoek voor een energie-installatie bij Vika aan de Nizolaan in 2008 tot adviezen over aardwarmte in 2019. Er wordt van alles aangestipt. Het CDA vroeg tijdens het interpellatiedebat in februari een overzicht van beslismomenten over de biomassacentrales aan. Niet om alles te checken, maar om het bredere plaatje te zien. Volgens Jan Pieter van der Schans, die we op 12 mei spraken, toen nog als CDA-fractievoorzitter, is dat het belangrijkste. 

,,We springen heel vaak direct op het incident. Daarmee kunnen we ons blindstaren op datgene wat er op het moment gebeurt. We moeten weten welke beslissingen hebben geleid tot waar we nu zijn”, vertelt Van der Schans in het gesprek op 12 mei met Bureau Spotlight.

ONDERLEGGER Hoewel het CDA in eerste instantie alleen vroeg om de beslismomenten van het college en de raad rondom de biomassacentrales, is het document een stuk uitgebreider dan dat: het richt zich op het gehele warmtenet van Ede. 

Van der Schans is er tevreden mee. ,,Je wilt de grote lijn scherp hebben. Het is een onderlegger of tijdlijn.” De memo mag dan niet bedoeld zijn als gedetailleerde beschrijving van de geschiedenis van energieopwekking uit biomassa in Ede, maar dat wil niet zeggen dat er geen vraagtekens bij geplaatst kunnen worden. Bij Bureau Spotlight sprong een aantal zaken in de kijker.

WEINIG AANDACHT MILIEU Een eerste punt dat opvalt, is hoe weinig aandacht er in het hele verhaal is voor milieu. Zo komen de gezondheidseffecten van de centrales pas aan bod nadat plaatsing ervan een feit is. Voor de centrales aan de Geerweg en de Knuttelweg kon, zo lezen we, 'worden volstaan met het indienen van een melding'. Nergens staat echter wat voor melding dat zou moeten zijn, door wie hij zou moeten worden gedaan of bij welke instantie hij zou moeten worden ingediend.

Ook lijkt de uitstoot van de centrales pas achteraf als een potentieel probleem te worden gezien. In de memo schrijft het college: 'Na realisatie van de drie centrales richt de aandacht zich met name op toezicht en handhaving. Daarbij vraagt vooral de uitstoot van de centrales aandacht, gelet ook op de zorgen van de omgeving'. In de beschrijving over de aanloop naar de plaatsing van de centrales lezen we geen woord over uitstoot van schadelijke stoffen of andere negatieve milieueffecten. Het lijkt er sterk op dat biomassa binnen de gemeente lange tijd werd gezien als een haast vanzelfsprekende stap in de verduurzaming van het gemeentelijke energiebeleid.

PRIVAAT INITIATIEF Het plaatsen van biomassacentrales is geen idee geweest van de gemeente zelf. Biomassa is in Ede van meet af aan een privaat initiatief geweest. En dat is het nog steeds.

In de notitie van B&W lezen we dat de geschiedenis van de biomassacentrales teruggaat tot 2008. In dat jaar werd de gemeente benaderd door het voedingsmiddelenbedrijf Vika, dat voor eigen gebruik een biomassa-installatie op eigen terrein wilde plaatsen. Of de gemeente misschien een bestemming wist voor de restwarmte van de centrale. En of de gemeente resthout wilde leveren om de centrale mee te kunnen stoken.

De gemeente kwam met het idee om met de restwarmte van de beoogde Vika-centrale het op gas gestookte warmtenet te voeden waarmee energiebedrijf Nuon 1100 woningen in de gemeente bediende. Nuon had met de gemeente de afspraak dat de hiervoor gebruikte gasketel op termijn zou worden vervangen door een duurzamer alternatief, de onderneming toonde dan ook belangstelling voor het afnemen van de restwarmte van Vika. Een haalbaarheidsonderzoek dat in september 2009 werd afgerond leidde tot de conclusie 'dat de bouw van een bio-energiecentrale op het Vika-terrein technisch en financieel haalbaar was'.

GEEN PARTIJ MEER Uiteindelijk zou de centrale er in deze vorm en op deze plek nooit komen. Sterker nog: slechts anderhalf jaar later was initiatiefnemer Vika officieel niet eens partij meer in het traject. Nadat het principebesluit tot plaatsing van de centrale was genomen, zo lezen we in een voetnoot van de beslismomenten, richtte één van de eigenaren van Vika een aparte rechtspersoon op, BDV, 'die geheel los kwam te staan van Vika'. Dit bedrijf maakt inmiddels deel uit van het in 2016 opgerichte MPD Groene Energie. En hoewel de voormalig milieucoördinator van Vika daar directeur is, schrijft het college: 'Ook MPD staat geheel los van Vika BV.'

Uit de notitie valt op te maken dat Vika, in 2008 de initiatiefnemer van de biomassacentrales in Ede, na oprichting van BDV in 2010 geen partij meer was in het traject. Vanaf dat moment trok BDV aan de touwtjes. Kennelijk gebeurde dit met goedvinden van de gemeente, want het overnemen van de regierol door BDV wordt in de notitie nergens toegelicht.

Vanaf het moment dat BDV op het toneel verscheen, lijkt ook de oorspronkelijke insteek van het biomassaproject uit zicht te zijn geraakt: het kanaliseren van restwarmte uit een centrale die in de eerste plaats bedoeld zou zijn om een bedrijf van energie te voorzien. In februari 2011 meldde BDV namelijk de voorkeur te geven aan een andere locatie voor de biomassacentrale: de Dwarsweg. Ook deze ingrijpende wijziging van het oorspronkelijke plan lijkt binnen de gemeente niet op veel bezwaren te zijn gestuit. Binnen een jaar was de vergunning voor het Vika-terrein ingetrokken en de vergunning voor de nieuwe locatie verleend. Daarmee werd feitelijk de laatste link tussen de biomassacentrale en Vika doorgesneden.

Daarna pakte BDV door. In november 2012 presenteerde de onderneming plannen voor maar liefst drie biomassacentrales in de periode tot 2020. Het college schrijft: 'BDV wilde een bijdrage leveren aan de gemeentelijke klimaatdoelen en ook aan een duurzaam groenbeheer in de regio (door het nuttig toepassen van resthout, dat sowieso vrijkomt)'.

GROTER DAN VERWACHT Op dit punt aangekomen, beseft de gemeente dat de omvang die het project krijgt, groter is dan verwacht. 'De ambities van BDV voor 2020 deed sic de gemeente beseffen dat het warmteproject waarschijnlijk veel groter zou worden dan het aanvankelijk bij de start (in 2008) leek”, schrijven burgemeester en wethouders.

Maar zou de gemeente hier niet zelf de regie over moeten hebben en dus zelf kunnen bepalen hoe groot het warmteproject zou worden? Volgens CDA-fractievoorzitter Jan Pieter van der Schans is dat niet zo eenvoudig. Hij wijst op wettelijke normen waaraan Ede moet voldoen. Aan de uitrol van de afgelopen jaren ligt een samenwerkingsovereenkomst ten grondslag. De discussie nu gaat vooral over of je biomassa moet gebruiken, hoe duurzaam dat is en waar het vandaan komt

Het feit dat de samenwerkingsovereenkomst voor de centrale pas in 2015 werd ondertekend, terwijl de centrale aan de Dwarsweg al opende in 2014, ziet Van der Schans evenmin als een vreemde zaak. ,,Dat er in 2015 een samenwerkingsovereenkomst is ondertekend, wil niet zeggen dat er toen pas voor het eerst handtekeningen zijn gezet. Daarvoor was er een gemeentelijke warmtevisie en een raamovereenkomst, leveringsvoorwaarden et cetera. Je zou kunnen zeggen: in die samenwerkingsovereenkomst is de relatie tussen de partijen en de gemeente volwassen geworden.”

Toch zet Van der Schans ook vraagtekens bij het private eigendom van het warmtenet. ,,Je kunt de vraag stellen of je dat niet in overheidshand wil hebben. Daarmee kan je leveringszekerheid garanderen, maar ook andere voorwaarden stellen. Zoals meerdere aanbieders op één netwerk.”

Hoewel de milieu- en gezondheidseffecten in de memo nauwelijks aan bod komen, zijn er vanuit lokale partijen en van burgers veel vragen. Daarom gaat de gemeente extra metingen uitvoeren om de luchtkwaliteit in de omgeving beter in beeld te krijgen. Deze zijn in verband met de coronamaatregelen uitgesteld. Meer hierover lees je in het artikel 'Biomassacentrale niet bij woonwijk'.

Bureau Spotlight doet onderzoek naar de biomassacentrales in Ede. Dit artikel is geschreven door Mirjam Wolff in samenwerking met Take Ligteringen. Wil jij je ervaring delen? Stuur dan een mailtje naar bureau@bureauspotlight.nl. Meer verhalen op bureauspotlight.nl. Bureau Spotlight is een samenwerking van BDUmedia, Omroep Ede en de School voor Journalistiek in Ede. Mede mogelijk gemaakt door subsidie van het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek.


Mail de redactie
Meld een correctie

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie