Dikbil van Jochem gaat op z’n paasbest
29 februari 2012 om 00:00 AlgemeenEen vijftal jaar geleden verhuisde Jochem van Dijk vanuit Bennekom naar een groter optrekje aan de Krommesteeg in Ede op de rand met Lunteren. Daar heeft hij nu zesendertig dikbillen. ,,Ik wil groeien naar zo’n zeventig dieren.” Naast Belgische ‘blauwen’ heeft Van Dijk heeft ook verbeterde roodbonte dikbillen. ,,Ik fok de dieren nu een jaar of veertien. Het is bij mij begonnen als hobby. Ik vind het leuk, nu gaat het meer de professionele kant op.”
door Jan de Boer
De Edenaar gaat er voor om steeds betere dieren te fokken. ,,Dat valt niet mee, nee. Het blijft natuur. Het niveau kan altijd beter. We gaan wel de goede kant op. Vorig jaar deed ik niet mee in Rhenen. Toen had ik geen tijd om de dieren klaar te maken. De jaren daarvoor deed ik altijd mee. Het is een hele voorbereiding voordat je aan de tentoonstelling kan meedoen Je moeten de dieren wassen en scheren. Je moet ze leren dat ze gewillig meelopen. En dat ze stilstaan als jij dat wilt. Het is best een hele klus zeg maar.”
Een maandje voor de tentoonstelling voert Jochem van Dijk de dikbil, die meedoet aan de Paasveetentoonstelling, extra. ,,Het dier moet in een goede conditie zijn, het dier moet er op zijn paasbest uitzien. Vanaf april tot eind oktober lopen de dikbillen bij mij buiten. Het werk valt op zich mee. De dikbillen kosten mij ongeveer een uurtje per dag. Nu ben ik druk met het kalveren, die meestal niet op de natuurlijke wijze worden geboren. Dat gaat via de keizersnede, ja. Daar moet je op tijd bij zijn.”
Foto:
Reijer van Dijk toont de dikbil van zijn zoon Jochem voor de Paasveetentoonstelling.
