Maty Romein schrijft ‘Opgedolven Ede’, derde boekje Historische Cahiers Ede

30 januari 2008 om 00:00 Nieuws

Maty komt uit een echt predikantengezin. Ze blijkt best een beetje trots op hoe haar grootvader zich in Middelharnis opwerkte van kaaigast - havenarbeider - tot wethouder en dominee. ,,Terwijl hij nooit had leren kezen en schrijven. Dat heeft hij zichzelf aangeleerd’’. Zijn vier zonen werden predikant. ,,En ik mocht van mijn vader naar het gymnasium. Dat was in die tijd een heel geëmancipeerde gedachte.’’

Na de middelbare school ging Maty naar de kweekschool in Utrecht om onderwijzeres te worden. ,,Een goede leraar zorgde ervoor dat de geschiedenis voor me ging leven. Het moet wat met je doen, dan ga je het beleven.’’

De onderwijzeres trouwde met dominee Arie Romein en in zijn eerste gemeente Noordeloos zat de lagere school erg omhoog qua personeel. ,,Het was toen uitzonderlijk dat je als getrouwde vrouw van een predikant juf kon worden. Ik mocht zelfs gymnastiek geven. Dat vond ik geen enkel probleem, want ik had juist veel met sport.’’

Emancipatie

Ook in Wezep kon Maty Romein aan de bak. Hier viel ze in op een school voor het mavo. ,,Ik heb daar mijn fantasie gebruikt en veel verhalen verteld.’’ Haar echtgenoot kent nog enkele saillante anekdotes uit die tijd. Geschiedenis heeft absoluut zijn interesse en daarom steunde hij zijn echtgenote bij het schrijven van de historische boekjes. Zo pluisde hij een Grieks stuk van Homerus uit en zorgde hij voor een goede vertaling. Ook schreef hij enkel fictieve verhaaltjes uit de prehistorie in ‘Opgedolven Ede’.

Maar voordat Maty zich op deze schijnbaar taaie stof stortte, verschenen er reeds andere boekjes van haar hand, die zeker voor kinderen goed leesbaar zijn, maar ook volwassenen aanspreken. ‘Dansend in de schemering’ ontstond naar aanleiding van haar rol als vertelster bij de Jac Gazenbeekstichting. Landgoed Kernhem en de witte juffer staan centraal. Al eerder waren de titels ‘Bas’ en ‘Op zoek naar Roel’ verschenen.

Het vertellen en het schrijven zit Maty in het bloed. Zo produceerde ze honderden bijdrages aan de zondagschoolbladen ‘Kind en Evangelie’ en ‘Bijbelschetsen’. Ze presteerde het zelfs om hier als vrouw bestuurslid te worden en werd ze eindredacteur van ‘Kind en Evangelie’. ,,Het was toch merkwaardig dat het bestuur uit allemaal mannen bestond en dat de practische uitvoering door bijna alleen maar vrouwen werd gedaan.’’

Hier steekt haar sterk ontwikkelde gevoel voor emancipatie de kop op. Daarom richtte zij in 1980 bij het CDA in Ede het Vrouwenberaad op. ,,Ik zal niet op de barricaden gaan staan, maar ik kan het niet uitstaan dat jongens het beter hebben dan meisjes. Ze moeten evenveel kansen krijgen. Aan de andere kant vind ik de kinderen nu weleens te mondig.’’

Bijbels

Van oorsprong komt Maty uit een reformatorisch nest. Ze knikt als ik suggereer dat ze dan toch wel opgeschoven is naar een ‘iets luchtiger’ variant als het gaat om een christelijke visie op de dingen. Ook toen ze in Ede voor het CDA de gemeenteraad binnenstapte. ,,SGP-leden zeiden: ‘Maar u weet toch wel dat het niet goed is wat u doet? Besturen is niet voor vrouwen’. Toen heb ik ze op een bijbels voorbeeld als Deborah gewezen. Ik weet hoe ze denken, want ik ben zelf zo opgevoed.’’ Toch kijkt ze personen met deze signatuur niet met de nek aan. ,,Zij mogen er ook zijn.’’

Daarom snapt ze ook dat haar verhalen over de witte juffers en de witte wieven (spoken) haar niet direct in dank werden afgenomen. ,,Maar die verhalen van vroeger zijn er gewoon. Dat was bijgeloof. Het valt toch niet te ontkennen dat mensen angsten en ideeën hebben gehad?’’

Nog gevoeliger ligt het misschien op het terrein van schepping en evolutie. Romein opent haar nieuwe boekje weliswaar met een tekst uit Genesis 1, maar ze kaart wel degelijk het effect van de ijstijden aan op de lage Vallei en de hoge Veluwe. Het kan voor haar samen op gaan.

Bospoort

Voordat de Edese zich echter in de archeologie verdiepte, schreef ze al de boekjes ‘Ede bij gaslicht’ en ‘Bankgeheimen’. Het eerste, uitgegeven in 2004, werd op verzoek van Pierre Ronden en archivaris Peter van Beek gemaakt, als vervolg op ‘Kerspel Otterlo’ van P.B. Hofman, de eerste in de reeks Historische Cahiers Ede. Het behandelt de oude wijk De Bospoort. ,,Als je erin duikt, vind je van alles. Ik kreeg levensverhalen te horen van heb ik jou daar. Het heeft me weleens verbaasd hoe gemakkelijk ze dat doen.’’ In het tweede boekje, uitgegeven in 2005, draait het om de Kredietbank die toen vijftig jaar bestond en werd opgeheven.

Met die boekjes ontwikkelde Maty een liefde voor Ede en toen Suzanne van der A, gemeentelijk archeoloog, in de grond van Ede ging graven, vonden zij elkaar voor ‘Opgedolven Ede’. ,,Het speerpunt was publieksparticipatie. Archeologie kost de burger geld, dus moet je ze er ook bij betrekken.’’

Het nieuwe boekje van Romein draagt daar nu aan bij. ,,Ik wist niet meer van archeologie dan de gemiddelde Nederlander en het is serieuze wetenschap. Maar ik schijn moeilijke dingen, makkelijk te kunnen vertellen en te beschrijven. Je kunt dat beeldend doen, met dialogen en korte zinnen. Het hoeft niet zo ingewikkeld.’’

In ‘Opgedolven Ede’ zijn bovendien cursieve kadertjes uit andere lectuur te vinden die de rode draad verrijken. Een tijdbalk geeft telkens aan over welke periode het per pagina gaat. Hoofdstukken ontbreken, maar die worden door deze strakke chronologie niet gemist. Veel foto’s, kaartjes en illustraties verrijken het geheel. ,,Het heeft ons twee jaar gekost. Dat was wel pittig.’’

Grafheuvel

Maty ontdekte dat in het Rijksmuseum van Oudheden te Leiden tot nu toe de meeste oude voorwerpen uit Ede te vinden zijn. Ze wijst op een oud plaatje in het boekje. ,,Dat zijn deftige heren die een grafheuvel bekeken. Die gaf veel informatie. Archeologen lezen de bodem en trekken conclusies uit de lagen en gevonden scherven. Daarmee kun je de geschiedenis opbouwen. Veel sporen zijn helaas al vernietigd. Ze verwachten dit voorjaar in vlek B van Kernhem wel veel te vinden.’’ De schrijfster vindt het een goede zaak dat hier in deze tijd zorgvuldiger mee wordt omgegaan. Ze laat een plaatje zien van een oude spintol. ,,Dan weet je dus dat ze konden spinnen.’’

Zelf wist ze er weinig van toen ze met het boekje begon, maar beleefde veel genoegen aan haar speurtocht. ,,Ik hoop dat het een meerwaarde heeft voor de archeologie en dat het eerbied voor geschiedenis bevordert. Je geeft zo de toekomst een verleden. Iedereen heeft zijn wortels. De lijn van het leven is een prachtig geschenk. Daar kom je vandaan. We kunnen leren van de goede en foute dingen. Je moet niet nonchalant omgaan met mens, dier, bodem en bomen. Daar kun je respect voor hebben. En dankbaarheid voor hoe goed we het nu hebben.’’

Dat jongeren niet zo graag kennis nemen van de geschiedenis, kun je hen volgens Maty niet kwalijk nemen. ,,Maar de geschiedenis leert zoveel. Denk eens wat dieper na, hoop je dan.’’ Daar kan haar boekje een bijdrage aan leveren. Historische feiten die in een nieuw vat worden gegoten. ,,Ik heb er veel plezier aan beleefd.’’

Mail de redactie
Meld een correctie

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie