‘Toto is prachtig huwelijk pop en prog’

13 mei 2009 om 00:00 Nieuws

EDE - Jazz, rock, blues, soul, latin, metal, drum ‘n bass, pop en fusion...drummer Collin Leijenaar (35) is van alle markten thuis. Toch kan de Edese eigenaar van een popschool zijn ei pas ècht goed kwijt in de progressieve symfonische rock. Dat resulteerde de laatste jaren in een hechte samenwerking met de Amerikaanse artiest Neal Morse. De musicus vindt het lastig om een naam te lichten uit de vele uren muziek die zijn collectie telt, maar naast namen als Dream Theater en Transatlantic loopt er van jongsafaan toch één band als rode draad door zijn leven: Toto. Vanaf de debuut-CD ging hij voor de bijl. ,,Naast de hit ‘Hold the line’ zet je met zo’n instrumentale opening Anthem meteen een statement neer, een klassiekachtig rockstuk.’’

door Freek Wolff

Zijn buurman nam Collin als tiener op sleeptouw en hij maakte hem vertrouwd met allerlei stijlen. ,,Hans van Dongen bracht me ook de liefde voor audio-apparatuur bij. Elke avond gingen we analytisch luisteren en al snel kwamen we in de symfo terecht. Uit school ging ik telkens naar de bieb om nieuwe muziek te halen. Zo verzamelde ik alles van Earth Wind & Fire. Bij Toto hoorde ik lekkere poprocksongs, terwijl je merkte dat hier ook heel goed gemusiceerd werd. Het waren de bekendste studiomuzikanten uit die tijd. Toto is een prachtig huwelijk tussen mainstream pop en progressieve rock. Ze gebruiken alle genres op een zeer overtuigende manier.’’

Collin scrollt door een oeverloze lijst titels in zijn computer en plukt de CD ‘Isolation’ eruit. ,,De meerstemmigheid, die pakkende melodieën en natuurlijk die waanzinnige gitarist Steve Lukather.’’

De ballad ‘I will remember’ van het album Tambu klinkt uit de speakers. ,,Die pak ik altijd om het geluidssysteem in te regelen. Alles staat daar op de juiste plek. Wat een sound!’’ Met het instrumentale ‘Dave’s gone skiing’ swingt Leijenaars studio de pan uit. ,,Naast hele goede liedjes die het publiek raken, stak Toto nooit de enorme muzikaliteit onder stoelen of banken.’’ Van het zelfde laken een pak is dat bij ‘Jake to the bone’ van de CD ‘Kingdom of desire’. ,,Het laat drie kanten van Toto zien. De riffjes, de break en een open ‘mood-change’. Zo kun je stijlen op een hele mooie manier combineren. En dan hoor je op de CD ‘Fahrenheit’ ineens een bijdage van trompettist Miles Davis. Heel jazzy. Geniaal!’’

Zo’n vijftien keer bewonderde Collin de Amerikaanse formatie bij een concert. ,,Ik leerde de geluidsman kennen en kwam zo ook in contact met de muzikanten zelf. Ik stond achter de schermen ineens een keer te plassen naast toetsenman David Paich. Maar het zijn hele gewone gasten, vooral drummer Simon Phillips, een echt ‘sophisticated’ Engelsman. Hij is mijn grote held en alle jaren van invloed geweest qua sound, stijl en met zijn Tama drumstel.’’

De Britse drummer prefereert Collin boven wijlen Jeff Porcaro, de man die de eerste jaren bij Toto achter de kit zat. ,,Die is toch minder breed georiënteerd, al legde hij wel een heel duidelijk stempel op de sound van Toto. De drie ritmes die Porcaro tot één shuffle smeedde in de hit ‘Roseanna’ is uniek. Met die groove is hij legendarisch geworden. Maar Phillips is niet voor niks een paar keer tot beste drummer ter wereld uitgeroepen... Vroeger speelde hij als studiomuzikant soms op één dag voor drie CD’s. En allemaal in één ‘take’ (opname). Ik zag hem een keer bij een masterclass en dronk zijn verhaal op. Hij liet een heel simpel ritme horen, maar de feel, de sound, de klasse droop ervanaf. Dat was niet normaal. Het gevoel bracht hij op zo’n diepe manier. De mond viel ervan open. Dan heb je me!’’

Mail de redactie
Meld een correctie

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie