Column Cees van der Knaap: Wijk aan Zee

19 december 2013 om 00:00 Nieuws

Na de militaire overplaatsing van mijn vader - van Ede naar Soesterberg - verhuisden wij van Bennekom naar Soest. Dat was wennen, maar al gauw paste ons gezin zich aan de nieuwe woonomgeving aan. Dat betekende al snel op zaterdag het gebruikelijke bezoek aan de markt. Achterop de fiets naar Amersfoort. De markt wordt daar al jaar en dag gehouden op een historisch plein, waaraan ook het oude stadhuis en een oude kerk zijn gelegen.

Rond Pinksteren gingen we er heen om konijntjes te kopen. Het hok had mijn vader de dagen ervoor in elkaar getimmerd. Ik mocht er drie uitzoeken en beloofde te helpen bij het verzorgen. Dat deed ik trouw.

Ik was toen een mager scharminkel. Althans vonden mijn ouders en blijkbaar de huisarts. Want hij vond het nodig dat ik voor een onbepaalde periode naar een vakantiekolonie moest om aan te sterken. 7 Jaar was ik toen ik daags na de verjaardag van Sinterklaas door mijn ouders werd weggebracht naar het Emma Kinderhuis in Wijk aan Zee.

Het huis lag naast de ingang naar het strand. Het geluid van de branding van de zee was duidelijk hoorbaar. Dat gold ook voor de Hoogovens welke waren gelegen aan de andere kant van het hoge duin waar wij landinwaarts op uitkeken.

De ontvangst door de directrice was hartelijk, maar ook zakelijk. Na een half uurtje gingen mijn ouders terug naar huis. Een zuster, zo noemde wij onze begeleidsters, bracht mij naar mijn bed. Deze stond in een grote zaal waar zo'n 25 jongens sliepen. Daar was ook mijn kast waar ik mijn persoonlijke spulletjes kon opbergen. De zuster moest lachen toen zij de kast inruimde. Mijn moeder hield van naai- en breiwerk. Zo goed als al mijn kleren waren van haar hand. Kleur en ingewikkelde patronen waren haar ding. Dus de lach van de zuster kan ik nu wel begrijpen.

In het kinderhuis verbleven jongens en meisjes. Alleen in de twee interne schoolklassen en in de grote eetzaal kwamen we elkaar tegen. Voor de rest werden we zoveel mogelijk gescheiden gehouden. Het regiem was strak. 7 Uur op, 8 uur ontbijt, 12 uur warm eten, tussen 13.00 en 14.00 bedrust en om 18.00 uur de broodmaaltijd. Om 20.00 uur licht uit en in bed. Tussen de lesuren door werd veel tijd vrijgemaakt voor wandelingen en spel op het strand of in de duinen.

Weinig positieve herinneringen heb ik overgehouden aan mijn verblijf in Wijk aan Zee. Het ergste was het gemis van thuis. In de 5 maanden dat ik er was heb ik mijn ouders 2 keer gezien. Een uurtje op mijn 8e verjaardag. En met Pasen tijdens een familiedag. Mijn zussen mochten daar niet bij zijn. Ik vraag me nog steeds waarom mijn ouders dat hebben geaccepteerd. Het gemis zal van beide kanten zijn geweest.

Op 30 april mocht ik weer naar huis. Mijn vader haalde mij samen met oom Joop op. In zijn auto reden we nog even langs paleis Soestdijk. Het defilé ter gelegenheid van de 50ste verjaardag van koningin Juliana was net voorbij. Veel bloemen en mensen staan mij daar nog van bij. Eenmaal thuis was het groot feest.

Als herinnering aan de periode in het Emma Kinderhuis heeft mijn moeder de brieven die ik wekelijks aan mijn ouders schreef bewaard. Mijn vrouw Elly heeft ze gelezen. Brieven van een kind met heimwee. 'Je schreef regelmatig hoe het ging met je konijnen', zei ze. Groot was mijn teleurstelling toen ik na het warme welkom de tuin inliep en het konijnenhok leeg aantrof. De konijnen waren helaas overleden werd mij verteld. Later werd mij duidelijk dat ze tijdens de Kerst waren opgegeten.

Mail de redactie
Meld een correctie

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie