Op dit moment werkt Bert vaak compleet ingepakt om zichzelf en zijn naasten te beschermen tegen het coronavirus.
Op dit moment werkt Bert vaak compleet ingepakt om zichzelf en zijn naasten te beschermen tegen het coronavirus. Ted Walker

De mens achter het masker (1): ‘Werken op IC kent ook keerzijde’

7 april 2021 om 14:00 Zorg Coronavirus

EDE In de serie De mens achter het masker laat EdeStad.nl vier weken zien wie de mensen achter het masker zijn in Ziekenhuis Gelderse Vallei. Waarom kozen zij voor hun vak? Wat gebeurde er met hen toen het coronavirus uitbrak? Houden ze het werken nog vol? In deze eerste episode een portret van fysiotherapeut Bert Strookappe.

Inmiddels kennen we allemaal het beeld van zorgmedewerkers die covid-19-patiënten behandelen, volledig ingepakt met een mondneusmasker, beschermende bril, handschoenen en een speciale overjas. Niet prettig om de hele dag in te moeten bewegen, en nog minder fijn omdat het een afstand creëert tussen de mens die er voor koos om anderen te helpen en degene die die hulp zo hard nodig heeft.

Bert is 39 jaar en is sinds 2005 fysiotherapeut. Zijn jeugd speelde zich af op de varkensboerderij van zijn vader. In de varkenshouderij zat volgens zijn vader geen toekomst, dus Bert moest maar dokter worden. Bert doorliep het vwo en koos daarna voor de opleiding hbo fysiotherapie.

UITDAGING Het algemene onderwijs was geen grote uitdaging voor Bert. De opleiding tot fysiotherapeut was dat wel. ,,Dan ben je echt met iets concreets bezig’’, legt hij uit. ,,Je doet het ergens voor. Of ik uitdaging nodig heb? Een beetje wel denk ik. Daarom ben ik na de opleiding tot fysiotherapeut ook fysiotherapie wetenschappen gaan studeren. Daar heb ik me vol enthousiasme ingestort. Dat viel op een gegeven moment wel wat tegen, zeker in combinatie met mijn werkzaamheden als fysiotherapeut. Ook de inhoud van de opleiding viel niet mee. Er zijn wel momenten geweest waarop ik dacht: ‘Ik moet er maar mee stoppen, want dit gaat hem niet worden.’”

Oké, het is zwaar, maar ik ben geen watje

Het was een manier om zichzelf even de ruimte te geven. Want stoppen doet Bert pas als hij zeker weet dat het doel echt niet haalbaar is. Het is dit gegeven wat hem typeert als mens, maar zeker ook als hulpverlener. ,,Uiteindelijk kom ik in een dergelijke strijd op een punt dat ik mezelf aanpak. Iets kan zwaar zijn, misschien té zwaar, maar dat is niet meteen een reden om op te geven. Ik kwam op een punt dat ik tegen mezelf zei: ‘Oké, het is zwaar, maar ik ben geen watje.’ Die houding heeft er in geresulteerd dat ik de opleiding toch heb afgemaakt. Met veel leuke dingen tot gevolg. Het is een heel verstandige zet geweest voor mijn eigen ontwikkeling en de ontwikkeling van mij als fysiotherapeut binnen het ziekenhuis.’’

POSITIEVE KANT De fysiotherapeut koos uiteindelijk voor een paramedisch beroep. Hij voert zijn werk voor een groot deel op de intensive care (IC) van Ziekenhuis Gelderse Vallei uit. ,,Mijn vak ligt behoorlijk parallel aan de medische wereld. Zeker op de intensive care waar ik werk. Maar wij zitten vaak aan de positieve kant. De mensen met wie wij aan het werk gaan, helpen wij verder met hun herstel. Er zit progressie in. Ook al moeten mensen vaak lastige oefeningen doen die niet lekker voelen, ze zijn vaak blij dat je ze helpt. Dat is wel een bijzondere positie.’’

DE TERUGWEG De afdeling waar Bert werkt is een pittige. Op de IC worden ernstig zieke mensen behandeld die intensieve zorg nodig hebben. Wat is de meerwaarde van de fysiotherapeut op een dergelijke afdeling? ,,Mensen komen op de IC als er op medische gronden echt iets flink hapert. Ten gevolge daarvan gaat de rest van hun lichaam ook achteruit, waardoor zij kracht en mogelijkheden verliezen. Dit kan hele grote, zelfs permanente, gevolgen hebben. Het is dus zaak om in een zo vroeg mogelijk stadium de terugweg in te zetten en mensen letterlijk op de been te helpen. Overigens geldt dit niet alleen voor mensen die uitzicht hebben op volledig herstel. Ook voor patiënten die in hun laatste levensfase zitten, halen wij eruit wat erin zit.’’

Bij iedere patiënt willen we eruit halen wat erin zit

KEERZIJDE Naarmate hij meer vertelt, worden de contouren van wie hij is steeds zichtbaarder. Bert is een doorzetter die, met veel (wetenschappelijke) kennis, zoekt naar mogelijkheden en daarbij wat vraagt van zichzelf en zijn patiënten. De patiënt doet het niet alleen. Bert geeft zichzelf, zijn kennis en zijn ervaring. Maar werken op de IC kent ook een keerzijde. Het komt ook voor dat ernstig zieke mensen niet te helpen zijn en zelfs overlijden. ,,Soms besluit je in samenspraak met de patiënt dat er te weinig te winnen is. En ja, dan stopt het op dat moment.’’ Even kijkt hij voor zich uit om vervolgens snel aan die laatste zin toe te voegen: ,,Maar het gros kun je vooruit helpen.’’

LANGDURIG CONTACT Zijn patiënten laat Bert niet los. Hij is fysiotherapeut, dat is zijn vak, maar bovenal is hij mens, dat is zijn drive. ,,Ik werk niet voor niets op de IC’’, legt hij uit. ,,Er zijn serieuze zaken aan de hand met de patiënten. Ze hebben het zwaar. En niet alleen de patiënten, maar ook hun familieleden. Patiënten zijn vaak niet van de een op de andere dag beter. Dat houdt in dat wij wat meer langdurig contact hebben met patiënten en hun familie dan op andere afdelingen in het ziekenhuis. Dat schept een band, waardoor ik het idee heb dat ik als professional, maar ook als mens wat voor hun kan betekenen.’’

(de tekst gaat onder de foto verder)


Dit is Bert Strookappe, de mens achter het masker. - Ted Walker 

COMPLEET INGEPAKT Op dit moment werkt Bert vaak compleet ingepakt om zichzelf en zijn naasten te beschermen tegen het coronavirus. Hoe ervaart hij dit? En wat gebeurde er met hem toen ‘corona’, zoals we de ziekte in de volksmond noemen, er ineens was?

,,Het was in het begin vooral erg onbekend. We hoopten dat het hier wat mee zou vallen. Maar het werd al snel duidelijk dat het niet meeviel, toen het in Brabant klapte en de ambulances bij ons in de rij stonden om patiënten te brengen. Het was erg wennen aan de bijzondere sfeer. De isolatiemaatregelen, afgesloten afdelingen, de kamerdeuren dicht, verminderd bezoek, patiënten die plotseling overlijden. Dat maakte het een hele bijzondere beleving. Met name de verpleegkundigen, die in de eerste linie werken, hebben daar best last van gehad. Dat je op de kamer komt en de patiënt blijkt ineens overleden te zijn. Dat is erg pijnlijk. Het maakt je machteloos.’’

De eerste keer weer staan of in een stoel zitten, zijn mijlpalen

‘DAT GRIJPT ME AF EN TOE AAN’ Hij vervolgt: ,,In ons werk hebben we te maken met mensen die overlijden. Meestal zie je dat aankomen, omdat je ziet hoe ziek iemand is of de ontwikkelingen herkent. Ik heb in die dertien jaar op de IC wel het een en ander meegemaakt en daar leer je mee omgaan. Ik ben persoonlijk betrokken, maar hou wel een bepaalde professionele afstand, want anders houd ik het niet vol. Bij corona ligt dat anders. Daar kan iemand zomaar ineens verslechteren en soms ook overlijden. Dat grijpt me af en toe aan en geeft me een bijzonder gevoel. Wat dat gevoel is? Tja, ik denk iets van onmacht. Bij de meeste ziektebeelden kunnen we prognoses maken, weten we een beetje hoe het herstel gaat verlopen. Bij corona lukt dat vaak nog niet. Dan zijn er opeens weer complicaties die grote gevolgen kunnen hebben. Toch weer trombose of longemboliën. Of zelfs fibrose van de longen, dan zijn de longen aangetast, waardoor mensen maar niet van de beademing af komen en er dus geconcludeerd moet worden dat die mensen niet meer zullen herstellen.’’

FOTO MAKEN ,,Hoe het is als die ernstig zieke mensen beter worden? Daar doe je het voor. Die eerste glimlach is fantastisch. De eerste keer weer staan of in een stoel zitten zijn mijlpalen. Daar maken we dan een foto van. Dat doen we vooral voor de patiënt zelf, want die weet daar later vaak niet veel meer van. Daarnaast doen we het uiteraard voor de familie. Zeker nu wanneer zij bijna niet op bezoek kunnen komen. Als ze er dan zijn, dan zien ze die foto hangen. Dat is iets heel positiefs, iets tastbaars en concreets. Daar wordt iedereen blij van. Wij ook. Vaak als ik deze mensen een aantal maanden na hun ontslag op de polikliniek van de IC nazorg zie, dan herken ik hen niet eens omdat ze zo vooruit zijn gegaan. De partner herken ik wel, maar de patiënt niet. Tja, en daar zie je dan het effect van een langdurig traject. Die mensen even terug zien is wel de kers op de taart”, zegt Bert Strookappe tot besluit.

door Ted Walker

Je las zojuist een artikel van Ede Stad.nl Premium. Wil je meer premium artikelen lezen, schrijf je dan in (klik hier).

Mail de redactie
Meld een correctie

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie