Column Cees van der Knaap: Flip

In de tijd dat ons gezinnetje nog woonde in Rotterdam hadden wij twee hondjes. Flip en Joep. Twee dwergschnauzers, die ons dagelijks vrolijk verwelkomden bij thuiskomst. Flip en Joep waren eigenzinnige, maar ook aanhankelijke beestjes. Ze lieten zich gelden als dat nodig was en waren voor de duvel niet bang. Kortom: hun karakters leken op elkaar. Op één punt verschilde Flip van Joep. En dat was vuurwerk. Waar Joep genoot van allerlei geknal en bij wijze van spreken de vuurpijlen achterna sprong, daar zette Flip het op een rennen.

Zodra vanaf oktober (‘u leest het goed: oktober’) de eerste vuurwerkknallen te horen waren, begon Flip te trillen en sprong hij pardoes bij mij op schoot. Joep sliep intussen lekker door.

Eind december was Flip helemaal van slag. Bij iedere rotje, bij iedere knal vloog Flip onder de tafel en bleef daar zitten tot het rustig was. En dan is het niet snel eind december. Inmiddels zijn Flip en Joep er niet meer. Puk, ook een dwergschnauzer, is er wel en gelukkig is hij niet bang voor vuurwerk. Want vuurwerk is er nog steeds vanaf oktober.

Het zijn harde knallen, dus vrijwel zeker illegaal spul.

Vroegtijdig afsteken van vuurwerk mag niet en illegaal vuurwerk is ook verboden. De meestal jongeren zijn dus dubbel in overtreding. Soms vraag ik me wel eens af of ouders in de gaten hebben met wat voor gevaarlijk spul hun kroost op straat loopt.

En hoewel politie en gemeentelijk toezicht er alles aan doen om op meldingen af te gaan, is het vroegtijdig afsteken van vuurwerk moeilijk te voorkomen.

Als het aan Flip had gelegen dan zou het afsteken van vuurwerk beperkt blijven tot oudejaarsdag, zoals dat wettelijk is toegestaan: van 10.00 uur ‘s ochtends tot 02.00 uur ‘s nachts. Ik weet zeker dat Flip niet de enige hond is, die bang was voor vuurwerk

Twitter: @CvanderKnaap