Azijn veranderen in water

Af en toe lees ik wel eens een blogje in De Gelderlander. Ik denk soms dat zo'n bloggende correspondent een glas azijn heeft gedronken alvorens het toetsenbord wordt beroerd. Nu mogen blogs natuurlijk kritisch zijn, dat is deze column ook, maar je kunt jezelf en je verspreidingsgebied ook omlaag halen. De krant hoeft geen promotie te maken voor Gelderland, daar zijn andere kanalen ook voor bedoeld. Maar de drang om gelezen te worden overtreft kennelijk de kwaliteit.

Zo ook laatst over Veenendaal. Toeristen hebben daar niks te zoeken volgens dat blog in De Gelderlander. Het grootste hotel uit die plaats staat niet voor niks op een bedrijventerrein is de waarneming van de journalist. En passant wordt ook nog het eigen Ede genoemd. Hooguit ga je vanaf daar naar de Veluwe zegt de schrijver. Ede ligt op de Veluwe, meen ik. Afijn, zo liep het zuur nog wat door.

Ooit schreef ik een dergelijk stukje over Omroep Zeeland. Die stuurden in het zomerseizoen elke ochtend een journalist op pad voor een vroege ontmoeting. En dat was steevast iemand die zijn hond uitliet, snel naar de trein moest, stond te tanken of de winkeldeur opende. De nieuwswaarde was erg beperkt en het had ook wel een moppergehalte: hondenpoep, vertraagde trein, dure brandstof en storing van de pinautomaat.

Begrijpelijke ergernissen, maar eigenlijk deed iedereen zichzelf tekort, de uitstraling was negatief. Na dat stukje werd ik onmiddellijk opgebeld door de journalist. Of ik een keer meewilde, want zo vroeg trof je bijna alleen maar hondenuitlaters en mensen op weg naar hun werk. Zijn aanbod nam ik natuurlijk meteen aan.

Want elke stad heeft toch zoveel moois te bieden: azijn kan worden veranderd in sprankelend water.