Bewoner van Lunterse recreatiewoning krijgt ongelijk, gelijk en weer ongelijk

EDE Uitgangspunt van het college is dat recreatiewoningen in de gemeente Ede er zijn om te recreëren en niet voor permanente bewoning. Wanneer wordt gedoogd dat er wel permanent in mag worden gewoond, dan zijn er steeds minder over om te recreëren en worden er al snel nieuwe recreatiewoningen bijgebouwd. En daarmee zou het steeds voller worden in natuurgebieden. 

Zo is er een bewoner van een recreatiewoning aan de Hessenweg in Lunteren die gesommeerd werd door de gemeente om te verdwijnen. Er werd een dwangsom opgelegd en de bewoner kreeg één jaar de tijd om vervangende woonruimte te vinden. Daarmee was de bewoner het niet eens. Hij stapte naar de commissie voor de bezwaarschriften en die adviseerde het college om het bezwaar gegrond te verklaren en het dwangsombesluit te herroepen. Argument was dat de bewoner, ook wel overtreder genoemd, ondanks zijn inschrijving in de basisregistratie personen, niet woonachtig is op genoemd adres, de recreatiewoning dus. 

De commissie voor de bezwaarschriften adviseert nadrukkelijk. De adviezen kunnen door het college worden overgenomen. In veel gevallen gebeurt dat ook, maar in dit geval niet. Het bezwaar wordt ongegrond verklaard en het bestreden besluit wordt in stand gehouden.

HANDHAVING In drie jaar tijd werden 300 dossiers gesloten vanwege beëindiging van permanente bewoning. Volgens de gemeente is handhaving effectief gebleken; recreatiewoningen komen weer beschikbaar voor recreatief gebruik. Vanwege de coronacrisis werd vorig jaar voorlopig gestopt met het handhavingstraject. Later werd het weer opgepakt. 

Minister Kajsa Ollongren liet vorig jaar weten vanwege de woningnood permanente bewoning van recreatiewoningen makkelijker te maken via een wetswijziging. Gemeenten willen echter zelf de regie voeren, omdat zo beter maatwerk kan worden geleverd. In Ede zijn alternatieven in voorbereiding om te kunnen voorzien in de nood aan tijdelijke huisvesting. ,,We bekijken het van geval tot geval. Het kan te maken hebben met financiële problematiek, gezondheid, echtscheidingen en de gezinssituatie.”